voorLearn the meaning and usage of the Dutch word VOOR in different contexts, such as preposition, noun, adverb, and prefix. See examples, synonyms, and related words for VOOR in English.voor. bagi. bakal. bertentang. bertentang dengan. depan. di depan. di muka. muka. untuk. Lihat juga. voor voor altijd voor anker gaan voor de dag brengen voor de dag komen voor de